Waar begin ik als ik duurzaam wil bouwen?
Waar begin ik als ik duurzaam wil bouwen?
Duurzaam bouwen is in. De zonnepanelen, warmte-oplossingen en infraroodpanelen vliegen je om de oren en het lijkt wel of iedereen ermee bezig is. De vraag is alleen: waar zijn we nou eigenlijk mee bezig? Duurzaam bouwen zou meer moeten zijn dan een niet-duurzaam onderdeel vervangen door een duurzamer alternatief. Duurzaam bouwen begint bij het begin, met een duurzaam ontwerp. Een stappenplan.
Stap 1: je eigen comfortnorm
Als je een eigen huis gaat bouwen, wordt dat veel meer voor je dan een al-dan-niet-duurzaam-object. Het wordt je thuis, waar je straks niet wilt inleveren op wooncomfort. Je wilt op zijn tijd lekker lang kunnen douchen, je wilt niet met een vest en sokken in de kamer moeten zitten en niet iedereen vindt het prettig om in een huis te wonen waarin je je ramen dicht moet houden voor je klimaatregeling. Kortom je wilt een comfortabel huis waar het goed toeven is. Stap 1 is eerlijk voor jezelf op een rij zetten hoe duurzaam (of soms niet duurzaam) je persoonlijke comfortnorm is. Anders reken je jezelf nu rijk en betaal je straks toch de energierekening als je toch de thermostaat een paar graden hoger zet…
Stap 2: architect met visie
Bouw je een nieuw huis dan zal de adviseur, bouwkundig ontwerper, aannemer of architect (papieren) duurzaamheidsmaatregelen opnemen om te voldoen aan de energieprestatie-eisen van de bouwnorm. Wees kritisch op de partij die je in de arm neemt: er zit heel veel verschil in kennis van duurzaam bouwen. Veel aannemers nemen een bestaande woning en vervangen de CV-ketel door een warmtepomp. Echter, dat is niet duurzaam bouwen! Duurzaam bouwen begint met een visie: duurzame materialen (her)gebruiken, een goede isolatie om zo min mogelijk energie te verliezen, warmte terugwinnen. En vervolgens de energie die je dan nog nodig hebt zo duurzaam mogelijk opwekken.
Stap 3: energieverlies minimaliseren
Om duurzaam te bouwen kijk je eerst naar de energie die je verbruikt: in en aan je woning komen straks verschillende installaties die zorgen voor warm water, verwarming, ventilatie: de gebouwgebonden installaties. Al deze apparaten gebruiken energie. Die energie hoef je niet per se als verloren te beschouwen: een maximaal geïsoleerde woning houdt alle warmte die vrijkomt binnen de muren. Je kunt ook warmte terugwinnen uit je douchewater. Rekening houdend met het type woning, de ligging, de isolatieschil, de gezinssamenstelling en eventuele overige maatregelen laat je een warmteverliesberekening opstellen door een duurzaamheidsadviseur.
Stap 4: energiebehoefte bepalen
In stap 1 heb je al gekeken naar je eigen energiegedrag. Dan kun je samen met de warmteverliesberekening je eigen norm van comfort bepalen. Vervolgens kun je gaan kijken naar duurzame energiebronnen. Leg je extra PV panelen op het dak, een windturbine in de tuin? Die keus hangt ook af van de manier waarop je wilt verwarmen. Ga je voor een warmtepomp in de berging, een pelletkachel, elektrische vloerverwarming en/of infraroodpanelen? In samenhang daarmee kijk je naar het warmte-afgiftesysteem: kies je voor een combinatie van watervloerverwarming op de begane grond met radiatoren op de bovenverdieping, een verdiepte convector, elektrische (vloer)verwarming (kan door het hele huis) of infraroodpanelen? (bijv. alleen op de bovenverdieping).
Stap 5: totaalsystemen vergelijken
Het lastige is dat er veel keuze is op het gebied van duurzaam bouwen en de vraag is: wat is de beste keuze? Sommige verwarmingssystemen halen warmte uit verbranding, anderen uit elektriciteit, uit de lucht of uit de bodem. In dit laatste geval wordt deze warmte afgegeven aan water dat via buizen de woning verwarmt. Bij een warmteafgiftesysteem met elektrische verwarming in vloer- of wandverwarming en/of infraroodpanelen wordt elektriciteit snel omgezet in infraroodwarmte bij voorkeur met eigen opgewekte energie m.b.v. bijv. zonnepanelen. Wil je de praktische voor- en nadelen vergelijken, dan zal je dus altijd rekening moeten houden met een totaalsysteem van de energiebron en de warmteafgifte.
Stap 6: kostenplaatje
Linksom of rechtsom ga je door duurzaam te bouwen waarschijnlijk minder energiekosten betalen. Daar moet je wel voor investeren, maar een duurzame investering doe je met een lange horizon. Wil je het complete financiële plaatje vergelijken, let dan ook op levensduur, onderhoudskosten en het moment van investeren. Sommige systemen gaan een huizenleven lang mee, andere moeten na 15 jaar worden vervangen. Dat telt door in de rente over het te investeren bedrag: het ene systeem vereist direct een hoge investering, bij het andere wordt het meer gespreid waardoor de totale rente lager is.
Wil je meer weten over duurzaam bouwen?
Dit artikel is opgesteld in overleg met Bouwvisie advies en verwijst eventueel naar onderzoeken, berekeningen en vergelijkingen door hetzelfde onafhankelijke, bouwfysisch adviesbureau. Heb je vragen naar aanleiding van dit artikel, neem dan contact op via info@all-electricbouwen.nl.